indienen

Dutch

Etymology

in + dienen

Pronunciation

  • (file)

Verb

indienen

  1. to offer, to hand in
    Hoekstra gaat maandagavond naar de koningin om zijn eindverslag in te dienen. Hoekstra will go Monday evening to the queen in order to offer his final report.

Inflection

Inflection of indienen (weak, separable)
infinitive indienen
past singular diende in
past participle ingediend
infinitive indienen
gerund indienen n
main clause subordinate clause
present tense past tense present tense past tense
1st person singular dien indiende inindienindiende
2nd person sing. (jij) dient indiende inindientindiende
2nd person sing. (u) dient indiende inindientindiende
2nd person sing. (gij) dient indiende inindientindiende
3rd person singular dient indiende inindientindiende
plural dienen indienden inindienenindienden
subjunctive sing.1 diene indiende inindieneindiende
subjunctive plur.1 dienen indienden inindienenindienden
imperative sing. dien in
imperative plur.1 dient in
participles indienendingediend
1) Archaic.

Anagrams

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.